💭

‘k heb het lastig.

Met het nieuws. Omdat er niets verandert, hoe hard er ook geroepen wordt.

Met het besef, hoe verwacht ook, dat er zoveel mensen toen ze in dat stemhokje stonden net niét beseften, of er niet om gaven, hoeveel anderen er uit de boot vallen (of het gevoel hebben dat ze uit de boot vallen, want - jawel - da’s ‘t zelfde) als we dat bolletje kleuren.

Niet met weggaan of zelfs niet met verjaren, en de broodnodige afleiding waar dat dan voor zorgt. Wél met dan weer terug alleen zijn. Omdat dat allemaal in mijn hoofd blijft plakken.

Met achter mijn tablet te kruipen om leuke, schattige dingen te tekenen. Again: omdat dat allemaal in mijn hoofd blijft plakken. En ik mij nutteloos voel, en dat heeft een mens niet graag, right? Dat die tekeningen tegenwoordig ook nog eens gestolen zouden kunnen worden door de sociale media waar ze op verschijnen? Kan er nog wel bij.

Om in de bar te staan en doen alsof het mij allemaal niets doet. Om elke seconde naar iedereen te glimlachen zodat ze zich toch maar welkom voelen, terwijl lang niet iedereen die verwachting ook bij een ander inlost. Zo blijkt.

Met dat allemaal te voelen/denken/zeggen terwijl ik verdorie geluk heb dat ik een dak boven mijn hoofd heb dat niet elk moment kan ontploffen. En wit ben. En centen heb. En op mannen val. En in het ‘juiste’ lichaam geboren ben. In een land waar we allemaal veilig zijn en ‘mee met den tijd’. Dacht ik, hè.

Met dat in een illustratie te gieten met een mediocre, ‘schrijf het van u af, Nelle’- tekstje erbij, in de hoop dat ik alles hierboven toch een beetje kan loslaten en verder kan werken, leven, en genieten van het feit dat ik - omdat het toeval aan mijn kant stond, daddist(!) - wél geluk heb, en zoveel anderen niet.

Loslaten en genieten van dat geluk, yes.

Maar die anderen vergeten of negeren? Nooit.